"Punt des tijds"

Om over na te denken

15 maart 2011

Tsunamie.

Tijdens de tsunamie,
Besef ik het opeens,
Dat zo “Zijn komst” zal wezen,
Zo plots en onverwachts,
Dat ’t ons zal overvallen,
Misschien wel in de nacht,
Niets, kan HEM dan weren,
Al heeft men héél veel macht.

Hij zal u en mij dan vragen,
Wat deed jij met Mijn Woord,
Heb jij jou hart gegeven?
Heb jij je aan Mij niet gestoord?

Dan zal Ik jou nu zeggen,
’t Klinkt hard nu in dit uur,
IK verstoot je nu voor eeuwig,
Ga in het hellevuur.

Maar zij die als de wijze maagd,
Haar lampje brandend hield,
Mag komen bij hét vreugde vuur,
Thans in hét grote uur.

1 Korinthe 15: 42-58 (52)
Joël 2: 30-32
Openbaring 21: 1-7

E. Mens van Wijk.


Zie ook