Liturgie van de dienst op zondag 20 augustus 2023 om 14:30 uur
Voorganger: ds. G.C. Bergshoeff
Lezing: 1 Kor. 13
Afscheidsdienst
De gezangen in deze liturgie worden gezongen uit de liedbundel Weerklank, tenzij anders is aangegeven.
Orgelspel
Kerkenraad komt binnen
Koor:
Benedicamus Domino
Cantate Domino, canticum novum.
Alleluia, alleluia!
Resonet in laudibus.
Gaudete! Gaudete!
Vertaling: Laten we de Heer prijzen.
Zingt voor de Heere een nieuw lied.
Halleluja, halleluja!
Laat de lof weerklinken.
Verheugt u! Verheugt u!
Afkondigingen
Aanvangslied: Psalm 89
1 'k Zal eeuwig zingen van Gods goedertierenheên,
Uw waarheid t' allen tijd vermelden door mijn reên.
Ik weet hoe 't vast gebouw van Uwe gunstbewijzen
naar Uw gemaakt bestek, in eeuwigheid zal rijzen;
zo min de hemel ooit uit zijnen stand zal wijken,
zo min zal Uwe trouw ooit wank'len of bezwijken.
Votum en groet
Zingen: Weerklank Lied 432
1 Groot is uw trouw, o Heer, mijn God en Vader.
Er is geen schaduw van omkeer bij U.
Ben ik ontrouw, Gij blijft immer dezelfde
die Gij steeds waart, dat bewijst Gij ook nu.
Refrein
Groot is uw trouw, o Heer,
groot is uw trouw, o Heer,
iedere morgen aan mij weer betoond.
Al wat ik nodig had, hebt Gij gegeven.
Groot is uw trouw, o Heer, aan mij betoond.
2 Gij geeft ons vrede, vergeving van zonden,
en uw nabijheid, die sterkt en die leidt:
kracht voor vandaag,
blijde hoop voor de toekomst.
Gij geeft het leven tot in eeuwigheid.
Refrein
Geloofsbelijdenis
Zingen: Psalm 36
2 Uw goedheid, HEER', is hemelhoog,
Uw waarheid tot de wolkenboog,
Uw recht is als Gods bergen.
Uw oordeel grond'loos; Gij behoedt
en zegent mens en beest en doet
Uw hulp nooit vrucht'loos vergen.
Hoe groot is Uw goedgunstigheid,
hoe zijn Uw vleug'len uitgebreid!
Hier wordt de rust geschonken,
hier 't vette van Uw huis gesmaakt,
een volle beek van wellust maakt
Gebeden
Schriftlezing: 1 Korinthe 13
1 Al zou ik de talen van de mensen en van de engelen spreken, maar ik had de liefde niet, dan zou ik klinkend koper of een schallende cimbaal zijn geworden.
2 En al zou ik de gave van de profetie hebben en alle geheimenissen weten en alle kennis bezitten, en al zou ik al het geloof hebben zodat ik bergen zou verzetten, maar ik had de liefde niet, dan was ik niets.
3 En al zou ik al mijn bezittingen uitdelen tot levensonderhoud van de armen, en al zou ik mijn lichaam overgeven om verbrand te worden, maar ik had de liefde niet, het baatte mij niets.
4 De liefde is geduldig, zij is vriendelijk, de liefde is niet jaloers, de liefde pronkt niet, zij doet niet gewichtig,
5 zij handelt niet ongepast, zij zoekt niet haar eigen belang, zij wordt niet verbitterd, zij denkt geen kwaad,
6 zij verblijdt zich niet over de ongerechtigheid, maar verheugt zich over de waarheid,
7 zij bedekt alle dingen, zij gelooft alle dingen, zij hoopt alle dingen, zij verdraagt alle dingen.
8 De liefde vergaat nooit. Wat dan profetieën betreft, zij zullen tenietgedaan worden, wat talen betreft, zij zullen ophouden, wat kennis betreft, zij zal tenietgedaan worden.
9 Want wij kennen ten dele en wij profeteren ten dele,
10 maar wanneer het volmaakte zal gekomen zijn, zal wat ten dele is, tenietgedaan worden.
11 Toen ik een kind was, sprak ik als een kind, dacht ik als een kind, overlegde ik als een kind, maar nu ik een man geworden ben, heb ik het kinderlijke tenietgedaan.
12 Nu immers kijken wij door middel van een spiegel in een raadsel, maar dan zullen wij zien van aangezicht tot aangezicht. Nu ken ik ten dele, maar dan zal ik kennen, zoals ik zelf gekend ben.
13 En nu blijven geloof, hoop en liefde, deze drie, maar de meeste van deze is de liefde.
Zingen: Psalm 67
2 De volken zullen U belijden,
O God, U loven al te zaâm.
De landen zullen zich verblijden
en juichen over Uwen Naam.
Volken zult Gij rechten,
hunne zaak beslechten
in rechtmatigheid,
volken op deez' aarde,
die Uw arm vergaarde,
die Gij veilig leidt.
3 De volken zullen, HEER', U loven,
o HEER', U loven altemaal,
Die d' aarde vruchtbaar maakt van boven,
dat z' ons op haar gewas onthaal'.
God is ons genegen,
onze God geeft zegen,
Hij, die alles geeft,
Hij zal zijn geprezen,
Hem zal alles vrezen,
wat op aarde leeft.
Preek: Wat blijft
Zingen: Weerklank Psalm 31
Koor:
11 Hoe groot is 't goed dat U wilt geven
aan elk die U bemint,
bij U zijn toevlucht vindt.
Dit goed bewerkt U in het leven
van hen die U verhogen
voor aller mensen ogen.
Allen
12 U wilt voor hen een schuilplaats wezen,
verbergt hen in het licht
nabij uw aangezicht,
waar zij geen kwaad van bozen vrezen,
een hut waarin zij 't woelen
van twist en strijd niet voelen.
13 Geloofd zij God, die zijn genade
mij wonderlijk bewees
in dodelijke vrees.
Ik dacht: U slaat mij niet meer gade.
Maar U liet op mijn smeken
uw bijstand niet ontbreken.
14 Bemint de Heer, Gods gunstgenoten,
Hem, die getrouwen hoedt,
maar trotsen boeten doet.
Weest sterk, Hij zal u niet verstoten.
Want Hij geeft nieuwe krachten
aan wie de Heer verwachten.
Gebed en voorbede
Zingen: Weerklank Lied 422
1 Christus, machtig zegevierend,
heers in ons bestaan!
Om de namen die U sieren
roepen wij U aan:
God heeft U een Naam gegeven
boven alle namen uit!
2 Woord dat vlees werd, ons onthulde hoe God bij ons woont,
die een kribbe hoger achtte dan een hemeltroon:
God heeft U een Naam gegeven
boven alle namen uit!
3 Knecht, gehoorzaam tot het einde, als een lam geslacht,
die door uw geduldig lijden ons tot leven bracht:
God heeft U een Naam gegeven
boven alle namen uit!
4 Hogepriester, zelf de tempel
en het offerlam,
die de zonden van de wereld
zwijgend van ons nam:
God heeft U een Naam gegeven
boven alle namen uit!
5 Altijd is uw lof gezongen, hield uw naam zijn kracht.
Blijf ook stralen in de ogen van een nieuw geslacht:
God heeft U een Naam gegeven boven alle namen uit!
Zegen
Toespraak
Toezingen: Psalm 121
1 'k Sla d' ogen naar 't gebergte heen,
vanwaar ik dag en nachtdes Hoogsten bijstand wacht.
Mijn hulp is van de HEER' alleen,
Die hemel, zee en aarde eerst schiep en sinds bewaarde.
4 De HEER' zal u steeds gadeslaan,
opdat Hij in gevaar uw ziel voor ramp bewaar'.
De HEER', 't zij g' in of uit moogt gaan,
en waar g' U heen moogt spoeden, zal eeuwig u behoeden.
Dankwoord
Koor: A Clare Benediction
May the Lord show his mercy upon you;
may the light of his presence be your guide:
May he guard you and uphold you;
may his spirit be ever by your side.
When you sleep may his angels watch over you;
when you wake may he fill you with his grace:
May you love him and serve him all your days
Then in heaven may you see his face.
Vertaling:
Moge de Heer je genadig zijn
en het licht van Zijn aanwezigheid jou tot een gids zijn.
Dat Hij je mag behoeden en ondersteunen
en dat Zijn geest niet van je wijkt.
Als je slaapt, de engelen over je waken
en als je ontwaakt Hij je vervult met Zijn genade.
Heb Hem lief en dien Hem alle dagen van je leven.
Dan mag je Hem in de hemel van aangezicht tot aangezicht aanschouwen.
U kunt, als u nog niet in de gelegenheid bent geweest, afscheid nemen van ds. Bergshoeff in Philalethes.